Ontbijt in Israel is een feestje, dat heb ik inmiddels wel
ontdekt. Ook hier in Akko stond de tafel vanmorgen vol met meer dan 20 schalen,
met kazen, vis, mais met dille, bietjes, eiergerechten, vers fruit en weet ik
veel wat allemaal nog meer. Een beetje van dit, een beetje van dat, een glas
vers sap en een lekkere bak koffie, en ik vind het een uitstekend begin van de
dag!
Vandaag wilde ik naar Haifa, en als het even zou kunnen naar
Caeserea (de opgravingen). Ik vroeg aan de dame bij de receptie hoe ik het
beste naar Haifa toe kon komen. Ze opperde de bus en wees me de weg naar het
busstation van Akko. Dit bleek een minuut of 20 te lopen, maar ik weet nu waar
het ligt. Handig als ik zondag naar Nazareth vertrek.
Wel gaf ze aan op tijd te zijn en op tijd terug te gaan, ivm
het begin van de sabbat. Dan rijdt er geen openbaar vervoer meer. Ik dacht dat
het van vrijdag zonsondergang tot zaterdag zonsondergang zou zijn, maar dat was
volgens deze dame (en later volgens iemand in Haifa) niet zo. De bussen zouden
halverwege de middag al niet meer rijden.
Eenmaal bij het busstation aangekomen blijkt het allemaal
niet zo makkelijk als ik hoopte. Want welke bus neem je als dit op één van de
bordjes staat. En als de plaatsnamen die je wel kunt lezen je echt niks zeggen.
Haha.
Uiteindelijk ben ik in een bus beland die me naar Haifa kon
brengen. Maar niet rechtstreeks, ik moest onderweg uitstappen op het busstation
van Haifa en een andere bus nemen (die op het kaartje stond dat ik mee kreeg). In het Hebreeuws, uiteraard, jaja.
Dat kaartje bracht me niet echt verder, dus maar weer
vragen. Ik wilde naar de Baha’i Gardens, maar dat zei de meeste mensen niks.
Wat mij dan weer verwonderde, want het is zó groot en opvallend dat je het niet
kunt missen!
< Mooi Joods ventje met keppeltje
Anyway, uiteindelijk heb ik maar een bus gepakt en ben ik
met behulp van ‘maps’ op mijn iPhone zo dicht mogelijk in de buurt uitgestapt
:) Lang leve de moderne technologie!
De Baha’i Gardens op de berg Carmel. Een enorm
tuinencomplex. Hier staat de graftombe van de Báb en hier huizen alle
bestuursorganen van het Baha’i geloof. Ik moet eerlijk bekennen dat ik nooit
van dit geloof gehoord had, maar het is het jongste geloof ter wereld en er
schijnen over de hele wereld 6 miljoen gelovigen te zijn. (lees hier meer)
Deze tuinen in Haifa is de een na heiligste plaats voor dit
geloof. De gelovigen hebben slechts 1 plaats die heiliger is. Waar ze dagelijks
met het gezicht naar toe bidden als Moslims naar Mekka. En die plaats is: Akko!
Waar de oprichter van het geloof begraven ligt: Baha'ullah. Nou moe. Ik slaap
dus in de heiligste der heiligste plaats. Het moet niet gekker worden.
Anyway, nogmaals: de Baha’i Gardens. Toen ik er naar toe
liep dacht ik al: dit wordt geen grap in deze hitte. De tuinen schijnen 1.700
traptreden te hebben, verdeeld over 19 terrassen. Het stuk wat je ziet van
beneden tot aan de tombe is slechts de helft, 9 terrassen onder, de tombe zelf
en 19 terrassen erboven.
< hier zie je alleen de onderste 9
Ik ga het hek door, langs de controle en de metaaldetectie
en stuit na 62 treden al op een gesloten hek. Jammer, je kunt er dus niet in.
Bij het weggaan vraagt de beveiliging waar ik vandaan kom, en ik krijg een
Nederlandse folder in handen. Er zijn rondleidingen, vertellen ze. Die beginnen
helemaal aan de top, over een half uurtje. Je kunt naar boven lopen of de bus
of taxi nemen.
Lopen (dus om het totale complex heen) is geen optie qua tijd en qua hitte. Dus pak ik de bus. Deze zet mij en twee anderen af ter hoogte van de tombe. Maar de rondleiding start nog eens 9 terrassen hoger. Ook dit is niet te lopen. We zijn 5 minuten voor tijd en moeten er echt al zijn eigenlijk. Een Duits meisje besluit te blijven, ik ga met een vrouw uit Illinois verder. De taxi rijdt ons naar boven, en precies terwijl het he weer sluit boven zijn wij binnen. De tour kan starten!
Lopen (dus om het totale complex heen) is geen optie qua tijd en qua hitte. Dus pak ik de bus. Deze zet mij en twee anderen af ter hoogte van de tombe. Maar de rondleiding start nog eens 9 terrassen hoger. Ook dit is niet te lopen. We zijn 5 minuten voor tijd en moeten er echt al zijn eigenlijk. Een Duits meisje besluit te blijven, ik ga met een vrouw uit Illinois verder. De taxi rijdt ons naar boven, en precies terwijl het he weer sluit boven zijn wij binnen. De tour kan starten!
< De bovenste 9 terrassen, tot aan de tombe die je net van beneden zag.
We worden in een uur naar de tombe geleid. Een afdaling van veel, heel veel treden. De gids vertelt over het geloof, de locatie, de terrassen, de gelijkheid en eenheid die ook terugkomt in de symmetrie. Erg leuk! Maar het is zo gruwelijk heet. Daar loop ik dan, in de brandende zon, met in mijn koffer in mijn hotelkamer een kek (*kuch*) hoedje. Het helpt echt hoor, zo’n hoed! Haha.
Ik maak veel foto’s en uiteindelijk stopt de tour net voor de tombe. Verder naar beneden mogen we niet. Maar eigenlijk vind ik het niet zo erg. Ik wil schaduw. En drinken. En airco, en een plons in een koud bad.
De dame uit Illinois gaat nog even de tuinen in, al ontploft
zij ook bijna, ik neem een taxi terug naar beneden. De taxichauffeur heeft niet
in de gaten dat hij weer dezelfde passagier heeft als op de heenweg naar boven
en probeert hetzelfde truukje: me een rondrit van 2 uur aan te smeren voor
omgerekend zo’n 70 euro. Uiteraard doe ik dit niet.
Ik plof bij het eerste restaurant aan een tafeltje en bestel
een glas drinken. En een vis. Ik besluit hier te eten, omdat de kans groot is
dat ik vanavond ik Akko weer geen restaurantje open vind. Onderweg haal ik wel een doosje
crackers ofzo voor als ik vanavond nog trek heb. Ik bestel de lokale vis: de
St. Peter’s fish. Die ook gevangen wordt in het meer van Galilea en bekend is
van het verhaal van Petrus die een vis vangt met een muntje in zijn bek (??)
Uiteindelijk zit ik hikkend van de lach aan dat tafeltje,
want als ik de vis google, vind ik dat dit hetzelfde is als: Tilapila. De vis
waar ik vorige week nog van zwoer hem niet meer te eten omdat hij zo op een
nare manier gekweekt wordt met allerlei rotzooi er in. Maar goed, deze wordt gewoon
vers in het meer gevangen, dat is uiteraard héél anders! :-)
En dan… is het al bijna 14.00 uur. Ik besluit terug naar
Akko te gaan. Met al deze bus-overstap perikelen durf ik het niet aan om nog
naar Caeserea te gaan nu. Als het tegen zit heb ik daar ook 3 overstappen en
dan is de kans echt te groot dat ik niet meer terug kan. En een taxi helemaal
vanaf daar (als die daar al stoppen) is echt te duur en te riskant. Wel onwijs jammer, want dit
stond al vanaf het begin op mijn lijstje. Maar goed, so be it. Morgen is ook geen
optie, omdat er dan nog steeds geen ov rijdt.
Ik ga terug en heb weer net zo leuke ervaringen met de bus.
De bus die ik had blijkt helemaal niet te rijden in dat deel van Haifa (dat is
apart, want ik kwam wel met dat nummer áán) en dus moet ik weer een aantal keer
overstappen. Maar het gaat goed en uiteindelijk ben ik dan weer in Akko. Ook
vandaag werd ik overigens weer veel aangesproken. Mannen die willen dat ik in
Haifa blijf, de avond met me willen doorbrengen. Hmpf. En dan niet zulke leuke mannen natuurlijk als die ontbijt-ober in Tel Aviv, nee… natuurlijk oudere mannen die hun
gouden tand blootgrijnzen. *zucht*
Op mijn kamer ben ik inderdaad in een koud bad geplonst. En
na een kort dutje ben ik nog even een rondje gaan lopen hier. Mooie
zonsondergang met de zon nét achter de toren van de moskee, heerlijk einde van de dag!
Morgen wilde ik op pad naar het Noorden, de grens met
Libanon. Schijnt er prachtig te zijn, maar ook dáár kan ik uiteraard niet komen
op sabbat. Dat zijn dat al twee dingen die op mijn lijstje komen van ‘te doen als ik ooit terug kom in Israel’. Maar goed, misschien maar goed ook, een keer een dagje aanlummelen hier
is ook niet verkeerd misschien. Het is tenslotte wel vakantie…. Misschien duik ik wel met een boek het strand op. Of ga ik de Islamitische begraafplaats hier bekijken. Of... of.....
Jullie lezen het morgen!
Jullie lezen het morgen!